Begrip “overtreder” in belastingzaken verruimd
Alle pagina's gelinkt aan
De door de pers genaamde “Bulgarenfraude” was het afgelopen jaar veelvuldig in het nieuws. Er bleek op grote schaal met toeslagen te worden gefraudeerd. Als gevolg hiervan is per 1 januari 2014 de ‘Wet aanpak fraude toeslagen en fiscaliteit’ inwerking getreden. Deze wet beoogt fraude in het toeslagenstelsel en in de fiscaliteit beter te bestrijden.
Uitbreiding begrip ‘overtreder’
Door de uitwerking van de ‘Wet aanpak fraude en toeslagen’ is aan de AWR artikel 67o toegevoegd: dit beoogt een uitbreiding van het overtredersbegrip in de fiscaliteit met als doelstelling dat ook een boete kan worden opgelegd aan mensen of bedrijven die anderen faciliteren bij het niet nakomen van hun fiscale verplichtingen. Daarom wordt het overtredersbegrip voor de bestuurlijke boete uitgebreid met de “doen pleger”, de “uitlokker” en de “medeplichtige”.
De toegevoegde vormen van deelneming zijn afkomstig uit het strafrecht. De uitbreiding van de deelnemingsvormen betekent dat er nog meer puur strafrechtelijke begrippen in de fiscaliteit worden geïntroduceerd en het voor fiscalisten van groter belang is dat zij ook kennis hebben van het strafrecht.
Uitbreiding: gehaast en vreemd
Deze uitbreiding is pas in een erg laat stadium van het wetgevingsproces, namelijk op 12 november 2013, via het amendement-Nepperus toegevoegd aan de ‘Wet aanpak fraude toeslagen en fiscaliteit’. Opvallend en onduidelijk is waarom deze uitbreiding in alle haast is toegevoegd.
Dat het overtredersbegrip verder is uitgebreid, is ook opvallend omdat het fiscaal beboetbare delict in beginsel een kwaliteitsdelict is. Dit houdt in dat alleen de belastingplichtige de hoedanigheid heeft om het beboetbare feit te plegen. Voorheen kon ten gevolge van dit zogenaamde kwaliteitsvereiste een boete dan ook alleen worden opgelegd aan de belastingplichtige zelf. Sinds de invoering van de ‘vierde tranche Awb’ in 2009 is echter de mogelijkheid ontstaan om ook aan “medeplegers”, “feitelijk leidinggevenden” en “opdrachtgevers” een boete op te leggen. Tijdens de parlementaire behandeling had de wetgever duidelijk geen behoefte aan andere deelnemingsvormen.
Gevolgen voor belastingadviseur
De uitbreiding van het overtredersbegrip voor de bestuurlijke boete in de fiscaliteit brengt onder andere met zich mee dat de relatie tussen belastingadviseur en zijn klant verder onder druk komt te staan. Want in welke gevallen kun je spreken van uitlokking door een belastingadviseur? En is sinds 1 januari 2014 een belastingadviseur medeplichtig aan het doen van een onjuiste aangifte indien hij de gegevens niet voldoende heeft gecontroleerd?
Voor belastingadviseurs maakt de wetswijziging het er niet gemakkelijker op. Feit is dat de kans op een boete voor een belastingadviseur is toegenomen. Belastingadviseurs en accountants zullen zich nog meer dan voorheen bewust moeten zijn van de toegenomen kans op beboeting.
Stuur een reactie naar de auteur